Kruklopen hoe doe je dat?

Kruklopen hoe doe je dat?

Regelmatig komen er patiënten met elleboogkrukken binnen strompelen in de praktijk. Na een operatie of trauma kan het goed zijn dat je het advies hebt meegekregen om tijdelijk met de krukken te gaan ‘lopen’. Dan is het wel zo handig dat je ook weet hoe je dit kunt gaan doen zonder al te veel last te krijgen van bijvoorbeeld je schouders. Om je goed op weg te helpen bij de begin fase van de revalidatie is het belangrijk om de volgende tips op te volgen:

Stap 1: begin met de kruk op jouw maat in te stellen

  • Ga rechtop staan met je voeten op heupbreedte en je armen ontspannen langs je lichaam.
  • De krukken moeten zo ingesteld worden, dat de handsteunen ter hoogte staan van je polsen.
  • Het manchet stel je zo in dat de bovenrand van het manchet ongeveer 5 cm onder de elleboog zit.

Stap 2: kruklopen zonder steunname van aangedane been

  • Ga rechtop staan op je ‘goede’ been met de elleboogkrukken naast je;
  • Buig je aangedane been naar achteren, zodat je ervoor zorgt dat je geen gewicht kan nemen op dit been;
  • Zet de krukken ongeveer een paslengte voor je neer;
  • Neem nu gewicht op de krukken en verplaats je ‘goede’ been naar voren, de hak eindigt tussen de twee krukken;
  • Herhaal dit en probeer naar voren te kijken.

Stap 3: kruklopen met steunname van aangedane been (3-puntsgang)

  • Ga rechtop staan met de krukken naast je;
  • Zet beide krukken tegelijkertijd met je aangedane been naar voren, terwijl je gewicht neemt op de krukken;
  • De hak van je aangedane been landt tussen de twee krukken;
  • Stap met je andere één stap voorbij het aangedane been;
  • Herhaal dit en probeer naar voren te kijken.

Op het moment dat je te horen krijgt dat je met één kruk mag gaan lopen blijft het looppatroon hetzelfde als stap 3. Echter is het wel belangrijk dat je de kruk aan de gezonde zijde houdt.

Trap op en aflopen kan met krukken vrij spannend zijn. Maar met een paar tips en wat oefening zal je zien dat het wel te doen is. Wel is het belangrijk dat de veiligheid voorop staat. Dus een keer oefenen met je fysiotherapeut kan hierin zeker geen kwaad.

Traplopen zonder belasting van het aangedane been:

Trap op:

  1. Houd met je hand stevig de trapleuning vast en met de andere hand de kruk (de tweede kruk plaats je in dezelfde hand);
  2. Buig je aangedane been naar achteren;
  3. Zet jezelf nu af met de handen aan de trapleuning en de kruk en maak hierbij een klein sprongetje;
  4. Als laatste zet je de kruk nu naar de volgende trede.

 Trap af:

  1. Houd met je hand stevig de trapleuning vast en met de andere hand je kruk (de tweede kruk plaats je in dezelfde hand);
  2. Plaats de kruk op de onderliggende traptrede;
  3. Strek je aangedane been naar voren, boven de onderliggende traptrede;
  4. Neem gewicht op de kruk en de reling;
  5. Maak een klein sprongetje met het ‘goede’ been naar beneden.

Traplopen met belasting van het aangedane been:

Wanneer je je aangedane been wat meer mag gaan belasten worden de spelregels van traplopen ook weer aangepast. Er is één ding wat je altijd goed kunt onthouden: trap op ga je met je goede been (duim omhoog) en trap af met je aangedane been (duim omlaag).

Bij zowel trap op als trap af zijn de eerste stappen hetzelfde.

Trap op:

  1. Houd met je hand stevig de trapleuning vast en met de andere hand de kruk (de tweede kruk plaats je in dezelfde hand);
  2. Zet nu je goede been op de traptrede en steun op de kruk;
  3. Je aangedane been zet je bij;
  4. Als laatste zet je de kruk naar de volgende traptrede. 

Trap af:

  1. Houd met je hand stevig de trapleuning vast en met de andere hand je kruk (de tweede kruk plaats je in dezelfde hand);
  2. Zet de kruk op te traptrede naar beneden en plaats de andere hand op dezelfde hoogte;
  3. Zet nu de aangedane been naar beneden;
  4. Stap bij met je goede been.

Hopelijk kun je jezelf op deze manier wat makkelijker voortbewegen in en rondom huis. Mocht je nog vragen hebben stel ze dan gerust aan jouw fysiotherapeut of bekijk het filmpje op ons Youtube kanaal video kruklopen waar ik alles nog eens rustig voordoe.

Met sportieve groet,

Milou Hubers.

Reactie plaatsen